Knuffels op de automatische piloot, Ik-hou-ook-van-jou’s zonder ziel, Stiltes vol onuitgesproken woorden, Twee mensen in een huis vol leegte, Een thuis waar het hart niet meer klopt.
Ooit samen, nu vervreemd, Twee werelden die elkaar niet raken. Wanneer hebben we voor het laatst gelachen? Heb ik je ogen zien stralen als je naar me keek? Waar zijn die goede jaren gebleven?
Konden we maar terug in de tijd, Toen liefde nog eenvoudig was, En ik jou zonder zoeken kon vinden.